Inhoud - Opleiding Chinese Geneeskunde
De Chinese Geneeskunde opleiding bestaat uit de volgende 10 modules:
Module 1 – De beginselen van de Chinese geneeskunde
In deze eerste module wordt eerst de geschiedenis van de Chinese geneeskunde beschreven en de verschillen en overeenkomsten met de moderne geneeskunde. Daarna volgt de inwijding in de beginselen van Tao, hemel en aarde en de menselijke drie-eenheid. Van hieruit moet het je duidelijk worden dat in de Chinese geneeskunde meer gefocust wordt op harmonie – en de verstoring daarvan –, dan op ziekte en gezondheid. De harmonie van de mens en hoe die beïnvloed wordt, wordt uitgelegd met beschouwingen en oefeningen over de principes achter alle veranderingen: Qi en yin-yang.
Module 2 – De Vijf Elementen
In deze module maak je kennis met een leer die, met het concept Qi en de yin-yangtheorie, tot de essentiële fundamenten van de Chinese geneeskunde gerekend wordt: de Vijf Elementen. Je leert over de basisbewegingen en -kwaliteiten van de Vijf Elementen en de relaties met seizoenen (tijd), windrichtingen (ruimte) en de yin-yangtheorie. Je leert hoe volgens de Vijf Elementen samenwerkingen bestaan en hoe deze verstoord kunnen zijn. Dan ga je de rijke wereld van correspondenties met de Vijf Elementen ontdekken: smaken, klimaten, fasen en de interne organen (Zang-Fu) met hun functiebereik. Op basis van deze correspondenties leer je signalen van de Vijf Elementen en hun verstoringen te herkennen. Module 2 wordt afgerond met een inleiding in de Vijf Elementen-voedingsleer en constitutionele astrologie.
Module 3 – De vitale substanties
Na de eerste twee modules over de basisbeginselen, duiken we in module 3 in de interne processen van de mens: de fysiologie volgens de Chinese geneeskunde. Je leert hier over de vorming, opslag en aansturing van de stoffelijke en niet-stoffelijke bouwstenen van de mens, de vitale substanties. Van al deze ‘menselijke toestanden van Qi’ leer je hun functies, samenwerkingen, verstoringen en hun relaties met de organen, yin-yang, de Vijf Elementen en de drie-eenheid. Deze theorie wordt ondersteund door voorbeelden en oefeningen.
Module 4 - De Zang-Fu
In module 4 wordt de fysiologie aangevuld met anatomie. De Zang-Fu zijn de interne organen die de menselijke processen besturen en uitvoeren. Ondanks dat ze naar de voor jou bekende organen vernoemd worden, gaat hun status en functioneren veel verder dat die van de fysieke organen. Je leert ze kennen als beheerders van het innerlijke landschap van de mens die de schakel vormen tussen de vitale substanties, alle lichaamsdelen, verschillende mentale facetten, yin-yang en de correspondenties van de Vijf Elementen. Behalve in de ‘dagelijkse’ gang van zaken spelen de Zang-Fu ook een grote rol in fundamentele processen zoals groei, geestelijke ontwikkeling, seksuele rijping en voortplanting.
Module 5 - Het meridiaanstelsel
De anatomie en fysiologie is pas compleet met het meridiaanstelsel. Je leert dat een ‘meridiaan’ staat voor een route of oppervlakkig lichaamsgebied waar vitale substanties circuleren om alle delen van het lichaam en alle aspecten van de mens te verwarmen, voeden, bevochtigen, beschermen en deze met elkaar te laten communiceren. Je leert de soorten meridianen kennen en van de hoofdmeridianen hun verloop. Je zult ontdekken dat de hoofdmeridianen cyclisch het lichaam doorlopen én in elkaar overlopen. Hierdoor ontstaan nieuwe samenwerkingen en relaties met momenten van de dag volgens de Chinese orgaanklok.
Module 6 - De aanleidingen tot verstoringen
Vanaf module 6 staat de rol van de Chinese geneeskunde centraal: de ondersteuning bij het herstel van de harmonie en het voorkomen van verstoringen. Maar wat doet verstoringen ontstaan? Het wordt je duidelijk dat de vijf basisemoties (boosheid, gepieker, verdriet, angst, uitgelatenheid) de aanleidingen zijn tot verstoringen in het interne, en dat de vijf klimatologische omstandigheden (wind, koude, warmte, droogte, vochtigheid) tot verstoringen in de buitenste lagen kunnen leiden. Daarnaast krijg je inzicht in enkele algemene en hedendaagse aanleidingen, zoals constitutie, leefstijl, voeding, fysieke trauma’s en medische interventies. Op basis van je kennis en inzicht over de organen, meridianen en de basisprincipes begrijp je hoe en waar verstoringen zich kunnen manifesteren.
Module 7 - Het diagnostisch onderzoek - deel 1: de visuele inspectie en luisteren en ruiken
Met de kennis van basisprincipes, fysiologie en anatomie én van verstoringen ben je klaar voor het diagnostisch onderzoek. Eerst leer je de doelstellingen, de opbouw van de diagnostiek en de principes van het observeren. Van de vier pilaren van het diagnostisch onderzoek, ‘visuele inspectie’, ‘luisteren en ruiken’, ‘vragen’ en ‘voelen’, worden in deze module de eerste twee uitgebreid uitgelegd en geoefend. De visuele inspectie verzamelt alle zichtbare signalen vanuit iemands algemene indruk, concrete lichaamstekens, vitale kenmerken aan het hoofd en het gelaat, lichaamsbouw, bewegingen en uit- en afscheidingen. Je leert in dit onderdeel ook een belangrijk diagnostisch instrument: de tonginspectie. Op maar liefst zes onderdelen word je getraind van de tong concrete informatie te vergaren over iemands toestand. In het tweede onderzoek, ‘luisteren en ruiken’, verzamel je hoorbare en te ruiken signalen, zoals het stemgeluid en de geur van de adem. Alle signalen die je observeert, leer je te koppelen aan indicaties van verstoringen op basis van de eerder geleerde correspondenties met yin-yang, de Vijf Elementen, de Zang-Fu en de vitale substanties.
Module 8 - Het diagnostisch onderzoek - deel 2: vragen en voelen
Deze module legt de twee laatste delen van het diagnostisch onderzoek uit: ‘vragen’ en ‘voelen’. Tijdens het vraaggesprek ondervraag je de patiënt ‘van top tot teen’ over diens ervaringen met en gevoelens over allerlei thema’s, zoals pijn, urineren en stoelgang, transpiratie, slaap en energie. Het belangrijkste deel van het vierde onderzoek, ‘voelen’ is het leren iemands pols te voelen. Dit complexe onderdeel vraagt veel oefening, maar het kan je informatie geven over iemands energie en yin-yangbalans, over de toestand van organen, de circulatie van vitale essenties, de aanwezigheid van pijn of een externe verstoring. ‘Voelen’ en het gehele diagnostisch onderzoek wordt afgerond met de inspectie van meridianen, pijn- en reflectiepunten, en ‘Hara’-punten op de borst en de buik. Deze module sluit af met een oefening in volledig diagnostisch onderzoek.
Module 9 – De diagnostische analyse
Nadat alle signalen geïnventariseerd zijn, voorzien van markeringen en indicaties, moeten deze geanalyseerd worden om tot het uitsluitsel te komen: welke verstoringen leiden tot de aandoeningen waarvoor de patiënt hulp zoekt? Je leert de voor deze analyse belangrijkste routes te bewandelen: via de acht principes, via de organen, via de vitale substanties, via de meridianen, via de klimaten en via de Vijf Elementen. Uiteindelijk brengt het je tot de diagnose, geformuleerd in verstoringen zoals je die vanaf de eerste module hebt leren kennen. Op basis van deze diagnoses, de onderliggende verstoring(en) van de aandoening(en) kun je vervolgens behandelprincipes formuleren.
Module 10 - Aandoeningen, behandelen en casuïstiek
In de laatste module van deze opleiding ligt de focus op de praktijk. In de praktijk zeggen patiënten in het Westen niet dat ze ‘yin-deficiëntie’, of een ‘invasie van wind’ hebben; ze hebben pijn, of uitslag, of diarree, of hooikoorts. Dus zul je aan de hand van casussen leren hoe je bekende aandoeningen relateert aan de Chinese geneeskunde. Dan wordt het tijd om je te informeren over de verschillende behandelmethodes in de Chinese geneeskunde, en leer je wat de uitgangspunten zijn voor de behandeling van een patiënt. Om de opleiding waardig af te sluiten, leer je enkele eenvoudige en effectieve (en veilige) behandelingen en hulpvormen met uitleg bij welke soort situaties je deze in kunt zetten: enkele belangrijke acupunctuurpunten om te masseren, voedings- en leefstijladvies, hulp bij kleine kinderen, cupping en reflectiepunten.