Inhoud - Basisopleiding Bos- en Natuurbeheer
De Basisopleiding Bos- en natuurbeheer bestaat uit de volgende 12 modules:
Module 1 – Basis ecologie
De eerste module gaat over de basis van ecologie. Wat zijn de basisprincipes van ecologie? Wat zijn de basiscomponenten van een ecosysteem? Hoe zit de wisselwerking tussen soorten en hun omgeving in elkaar? En wat is de invloed van natuurlijke en onnatuurlijke broeikasgassen op deze leefomgeving? De module behandelt de basiskennis die vereist is om het onderwerp natuurbeheer, en met name ecosystemen en klimaat, te begrijpen. Deze onderwerpen komen later in de opleiding Bos- en natuurbeheer uitgebreider terug, maar het geeft je alvast een basis om mee te werken.
Module 2 – Het ontstaan van landschappen
Ook de tweede module vormt onderdeel van de basisinformatie. Hoe zijn landschappen ontstaan? Welke landschappen en welke habitattypen zijn er in Nederland? Wat voor grondsoorten zijn er en welke eigenschappen hebben ze? Wat is ecologische successie? Door landschappen te leren kennen en te herkennen kun je zien wat natuurlijk is en wat onnatuurlijk is. En door te begrijpen dat zand en grind een andere invloed hebben op de omgeving dan bijvoorbeeld klei en silt kun je zien waarom bepaalde flora en fauna in het ene gebied wel te vinden zijn en in andere gebieden niet.
Module 3 – Nederland waterland
De derde module is de eerste die één specifiek onderwerp behandeld en daar verder op in gaat: waterhabitats. Meer dan de helft van het totale natuuroppervlak in Nederland bestaat uit water. Hoe zijn deze gebieden ontstaan? Welke waterhabitats zijn natuurlijk? Wat is de ecologie van deze habitats? De module behandelt de ecologie en het beheer van Nederlandse rivieren en kanalen, meren en plassen, en zoet- en zoutwaterhabitats. In de module wordt het ontstaan van landschappen verder uiteengezet, en de consequenties die er zijn voor het willen domineren van de natuur.
Module 4 – Stedelijk groen
De vierde module gaat over een ander onderwerp dat in een drukbevolkt land zoals Nederland van belang is: stedelijk groen. De natuur krijgt niet altijd voorrang in steden, maar op dezelfde manier dat natuurlijke habitats in Nederland uit vele verschillende facetten bestaan, is dat met stedelijke natuur ook zo. Er zijn parken, maar ook natuurvriendelijke bermen en burgerinitiatieven zoals tegelwippen, guerrilla gardening en parkeerplaats tuinieren. Verder wordt er gekeken naar plekken die verlaten zijn, en waar de natuur heeft overgenomen, en wat de ecologische waarde is van al deze habitats.
Module 5 – Het gebruik van inventarisaties
De vijfde module behandelt het gebruik van inventarisaties. Waar worden inventarisaties voor gebruikt? Hoe worden inventarisaties uitgevoerd, en door wie worden ze uitgevoerd? Burgerwetenschappen, de verschillende manieren waarop burgers bij kunnen dragen aan inventarisaties, monitoring en tellingen worden behandeld. Verder worden ook de ecologie, de levenswijze en de determinatie van en de inventarisatiemethodes voor planten, vogels, vlinders en zoogdieren uiteengezet.
Module 6 – Het beheer van habitats
De zesde module gaat over het algemene natuurbeheer van habitats in Nederland. Hierbij komen de verschillende habitattypen binnen de landschappen aan bod, de ecologie en veelgebruikte beheermethodes van kustduinen, heides, bossen, graslanden, veen en agrarische natuur. Naast verschillende soorten maaibeheer, de impact van grazers en het selectief kappen van bomen worden ook bepaalde herstelmethodes, zoals het gebruik van steenmeel om de consequenties van stikstof tegen te gaan behandeld, en het belang van het behouden van landschapselementen.
Module 7 – Bos- en boombeheer
De zevende module gaat dieper in op de ecologie, de staat en het beheer van bomen en bossen. Bosbeheer in Nederland en Europa wordt behandeld, alsmede de ecologische staat van deze bossen. Verder wordt er uiteengezet wat hakhoutbeheer, knotten en vlechtheggen inhoudt, wat de ecologische waarde is hiervan en hoe het uitgevoerd wordt. Ook het planten van bomen komt aan bod, en er wordt uitgelegd waar fouten worden gemaakt, hoe deze fouten vermeden kunnen worden en wat een goede methode is om te zorgen dat bomen die geplant worden ook daadwerkelijk goed groeien.
Module 8 - Natuurherstel
De achtste module is een introductie in de specialisatie van natuurherstel. Gezien de matige ecologische status van natuurgebieden wereldwijd is natuurherstel binnen veel natuurorganisaties al onderdeel van hun werk geworden. Daarnaast zijn er ook organisaties die zich specialiseren in het herstel van ecosystemen en landschappen, die ook hier aan bod komen. Herstelmethodes voor de habitats in Nederland worden behandeld, en de oorsprong en uitvoering van bijzondere methodes
zoals rewilding en fytoremediatie worden uiteengezet in de module.
Module 9 – De ecologie van bomen
Binnen de cursus zijn drie modules die dieper ingaan op de ecologie van bomen en bossen: Bos- en Boombeheer, De Ecologie van Bomen en Leven Op en In de Bosgrond. Deze tweede module over bomen en bossen behandelt onder meer de levenscyclus van bomen en de boshabitats die in Europa te vinden zijn. Verder worden een aantal bomen, hun leefomgeving en de biodiversiteit die ze aantrekken belicht, wordt er uiteengezet hoe bomen gedetermineerd kunnen worden en is er een introductie over de monitoring van bomen.
Module 10 – Leven op en in de bosgrond
De derde module over bomen en bossen gaat specifiek over de soorten die op en in de grond leven. Hoe leven ze? Wat dragen ze bij aan het ecosysteem? Wie doet wat met het afbreken van organisch materiaal? Waarom groeien bosplanten op bepaalde plekken? Waarom komen mossen, fungi en varens vooral voor in vochtige gebieden? De ecologie van mossen, korstmossen, fungi en varens wordt uiteengezet, en er wordt ingegaan op hun plek binnen het ecosysteem. Een aantal soorten bosplanten, varens en mossen worden benoemd, en een aantal fungisoorten worden kort uiteengezet.
Module 11 – Het beheer van invasieve uitheemse soorten
De elfde module gaat over één van de grootste bedreigingen van de soortendiversiteit: invasieve uitheemse soorten. De module behandelt de achtergrond en impact van deze bedreiging op het ecosysteem. Het gaat ook uitgebreid in op de impact van een aantal specifieke invasieve uitheemse soorten in Nederland en wereldwijd, waaronder planten, zoogdieren, vogels en insecten. Daarnaast worden ook algemene beheermethodes voor het verwijderen en minimaliseren van invasieve uitheemse soorten behandeld in de module.
Module 12 – Natuur en milieu
De laatste module gaat over de relatie tussen de natuur en de maatschappij. Hierbij wordt gekeken naar de invloed van het economische systeem op de maatschappij en de consequenties voor natuur en klimaat. De aantasting van het klimaat en methodes om met de aantasting van het klimaat om te gaan, zoals klimaatmitigatie en klimaatadaptatie, worden behandeld. Verder wordt de basis van natuurwetgeving, die habitats, flora en fauna moeten beschermen, uiteengezet. Ook natuurnetwerken worden behandeld, en de vraag in hoeverre wettelijke bescherming in de realiteit werkt.
Goed